Welkom op Keimpe's net

Deze site gaat over mij en mijn interesses. Het is een manier voor mij om webpagina's te leren maken en onderhouden. Dat werkt het beste met inhoud die mij bezighoudt.
Voorlopig draait de handel op MODx, een begrijpelijk CMS.

 

Fame

Mid jaren ’80 kocht ik een leuke plaat (jawel, vinyl) van James Brown: Dead On The Heavy Funk. Deze verzamelaar bevatte opnamen uit de periode 1974-1976, de tijd dat Brown commercieel werd verdreven door de disco. Creatief was dit een instabiele periode waarin hij veel bagger maakte maar ook de heftigste funk ooit.
Mijn mond viel open toen ik het laatste nummer van kant A hoorde: Hot (I Need To Be Loved, Loved, Loved, Loved).

Dat was Fame van Bowie!
Maar de credits stonden gewoon op naam van Brown! Erg vreemd.
Beide artiesten hebben het nummer in 1975 uitgebracht dus het was me niet duidelijk wie het van wie ‘geleend’ had. Een andere mogelijkheid die ik verzon was dat een broodschrijver het nummer twee maal verkocht had en er mee weggekomen was omdat de versie van Brown nooit een hit is geworden.
De werkelijkheid bleek ingewikkelder.
Het origineel van het liedje dat Fame zou worden is Footstompin’ van The Flares uit 1961.


Leuk, maar het lukt mij niet er ook maar iets in te horen dat naar Fame neigt. Dat hoor je wel in de coverversie die Bowie speelde in zijn Amerikaanse tour rond Diamond Dogs (ook wel de “The Philly Dogs Tour”). Een volgesnoven Bowie nam Footstompin' op in de Dick Cavett show (december 1974).


Hier is duidelijk een van de twee karakteristieke gitaarpartijen van Fame hoorbaar. Maar het is nog lang geen Fame.
Halverwege de zeventig bracht Bowie veel tijd in New York door waar hij ook John Lennon leerde kennen. Op een dag in januari 1975 hebben ze samen met enkele muziekanten van Bowie’s band gejammed in de Electric Lady Studios. Hier speelde Carlos Alomar, toen gitarist bij Bowie, zijn riffje van Footstompin’ dat de basis van Fame werd.
Deze Alomar speelde in de jaren ’60 bij diverse artiesten waaronder . . . James Brown. Er wordt dan ook wel gesuggereerd dat hij de riff zelf aan Brown heeft laten horen. Dat is niet zeker maar toen Brown het liedje hoorde herkende hij de speelstijl van zijn eigen gitaristen. Toen hem bleek dat een blanke Footstompin’ uitbracht onder eigen naam was de maat vol. Naar verluidt werd Hot in minder dan een dag op band gezet.
Bowie schijnt een proces overwogen te hebben maar toen de single van Brown slecht verkocht heeft hij er van af gezien. Fame werd zijn eerste nr.1 hit in Amerika. Hier de krachtige live versie voor de Live at the Beeb CD.

Dit mooie verhaal wordt vaak verder opgeleukt door te stellen dat Foodstompin’ een nummer zou zijn van James Brown. Dat is niet zo. De verwarring ontstaat waarschijnlijk doordat Brown in de jaren ’50 en ’60 zijn band The Famous Flames noemde. Begin jaren '60 waren The Flares ook wel bekend als The Fabulous Flares (trouwens ook als The Flaires en als The Peppers).
Tenslotte de rest vraag waarom Lennon na Bowie en Alomar ook genoemd werd als auteur van Fame. Bowie heeft zelf de tekst geschreven maar titel en onderwerp komen grotendeels Lennon vandaan. Belangrijker was waarschijnlijk dat Lennon "Fame" zong over Alomar’s gitaar riff wat toch de kern van het liedje is. Het is ook Lennon die van hoog (versneld) via normaal naar laag (vertraagd) het woord Fame herhaald.
Of deed mediagenie Bowie het vooral om de verkopen te stimuleren?
Om het af te leren, nog een versie. Fancy Pants van Lady Gaga. Het leuke van deze versie is dat fans er niet zeker van zijn of ze dit wel zelf zingt.